Zoveel mensen, zoveel voorkeuren. De een zweert bij stracciatella, de ander bij pistache-ijs of citroensorbet. De een kiest voor een hoorntje met een extra toef slagroom, de ander laat in de coupe de suikers juist achterwege. Iedere mening telt, iedere smaak telt. Over SMAAK valt immers niet te twisten. Aan drie ambachtelijke ijsmakers in Rotterdam vragen wij daarom terloops en afzonderlijk van elkaar naar hun favoriet.
Adnan Bourich
De IJsmaker
“Ik hoef er niet lang over na te denken, ons pistache-ijs. Gemaakt van gepureerde pistachenoten uit Sicilië. Als dat er niet is, ik ben niet de enige die het pistache-ijs lekker vind – soms is het uitverkocht, dan kies ik voor ons vanille-ijs. Dit ijs, bereid van vanille uit Madagaskar, is heel puur. Bij de klanten staat het koffie-ijs op nummer 1. Onze koffiebonen – 70 procent Brazilie, 30 procent Ethiopië – zijn afkomstig van Friedhats Coffee Roasters uit Amsterdam, de branderij van drievoudig koffiekampioen Lex Wenneker. We hebben in onze winkels (Witte de Withstraat, Stadshuisplein en Sint-Janstraat) minimaal 30 smaken, deze smaken rouleren. We maken ijs van uitsluitend natuurlijke producten. We verkopen dus geen smurfenijs vol kunstmatige toevoegingen. Na het koffie-ijs is de tiramisu het meest verkochte ijs. De lange vingers weken we minimaal 24 uur in de koffie, de koffie van Lex.”
Mesut Demir
Doppio
“Ik kan er een heel lang en geheimzinnig verhaal van maken, maar wij staan niet ‘s nachts te experimenteren met smaken. We beginnen om tien uur met ijs draaien en we gaan om elf uur open. We doen ons best, meer pretendeer ik niet te zijn. Ons grootste geheim is, denk ik, dat we ons focussen op onszelf. Vooralsnog staan er bij beide vestigingen genoeg mensen in de rij om levensvatbaar te zijn. Dat wil echter niet zeggen dat we onszelf niet blijven ontwikkelen. We hebben vorig jaar een aantal sorbetijssoorten met kruiden geïntroduceerd. Mandarijn met kaneel, mango met kardemom en die zijn superlekker. De hardlopers blijven echter vanille, chocolade, aardbei en stracciatella. Dat zijn toch wel de golden four van iedere ijssalon, denk ik, in elk geval bij Doppio. Mij kun je wakker maken voor frambozenijs, hetzij sorbet hetzij bereid met yoghurt.”
Giovanni Olivo
Gelateria Venezia
“Ik eet zelden nog een bol ijs. Ik proef alles ter controle maar ik schep eigenlijk nooit voor mezelf een ijsje. Als ik al een uitzondering maak, maak ik die voor de modicano. Dit ijs is bereid van pure chocolade uit de stad van de pure verleiding, Modica op Sicilië. Vermengd met wat sinaasappelsiroop en losse brokjes chocolade springt deze er voor mij met kop en schouders bovenuit. Ik heb dit jaar twee nieuwe smaken in de vitrine: amandel en torrone, een soort nougat. Over beide smaken steekt het publiek de loftrompet. Van een echte hardloper kun je niet echt spreken. Als het heel warm is, dan vliegt de limoncello de deur uit. Als het iets kouder is, verkoopt het notenijs beter. Het geheim van mijn ijs, volgens oud familierecept, zit ‘m vooral in de pasteurisatie. Voor wie geen volle melk verdraagt, heb ik ijs op basis van soja.”
Beeld: Vincent van Dordrecht